Als leraar ontkom je, volgens Christian Bokhove (Universiteit Southampton), niet aan de ‘Grand Tour’ van onderwijsonderzoek. Maar onderzoek wordt zelden in hapklare brokken opgediend en de onderzoeksresultaten moeten met de nodige zorgvuldigheid benaderd worden. Een sterke samenwerking tussen onderzoekers en praktijkmensen is een cruciale schakel om op basis van onderzoeksresultaten onderwijsbeleid en onderwijsinnovatie te sturen.
zie ook: Jennifer M. Mayer, Mary Ann Huntley, Nicole L. Fonger, Maria S. Terrell , Professional Learning through Teacher-Researcher collaborations. The Mathematics Teacher, Vol. 112, No. 5 (March 2019), pp. 382-385.
Samenvatting van het artikel van Bokhove uit: https://didactiefonline.nl/artikel/alles-wat-je-moet-weten-over-onderwijsonderzoek
- In onderwijsonderzoek is het lastig om te weten wat werkt. Het gaat over aspecten van menselijk gedrag en dat is behoorlijk onvoorspelbaar. Bovendien is er de interactie tussen onderzoeker en wat of wie hij bestudeert en die interactie wordt ook nog eens beïnvloed door culturele waarden. Volgens David Labaree (Stanford Graduate School of Education) heeft dit negatieve gevolgen voor onderwijsonderzoek: een lagere academische status en weinig gezag in de onderwijspraktijk.
- De uitdaging in onderwijsonderzoek is dat oorzaak en gevolg bij veel fenomenen niet zo helder zijn of dat het beide kanten op gaat. Het is wijs om geen overhaaste conclusies te trekken of een verschijnsel wel of niet valt toe te schrijven aan een bepaalde oorzaak. Anders kunnen gebeurtenissen al te snel aan elkaar gekoppeld worden.
- Onderzoek is een groeiend geheel: elke studie draagt een steentje bij aan meer inzicht in een onderwerp. Geleidelijk aan kan daardoor de heersende consensus veranderen. Hiervoor is essentieel in onderzoek de falsificatietheorie die stelt dat het mogelijk moet zijn om te bewijzen dat een stelling onwaar is en dus de hypothese kan getest worden. Onderzoeksresultaten die de huidige inzichten tegenspreken hoeven de consensus niet te schaden maar als er steeds meer tegenstrijdige uitkomsten bijkomen dan dringt een paradigmashift zich wel op.
- Onderzoek in de sociale wetenschappen heeft altijd een context waardoor de resultaten niet zomaar algemeen geldig zijn. Het is belangrijk om de invloed van die context te erkennen en mee te nemen in discussies en interpretaties van de onderzoeksresultaten.
- Historische en sociologische elementen hebben onderwijsonderzoekers afhankelijk gemaakt van statistiek. Het is terecht om onderzoeksbevindingen meer kwantificeerbaar en generaliseerbaar te maken. Meten kan waardevol zijn, maar om het op waarde te schatten, moeten we weten wat er precies gemeten wordt. Het is belangrijk om te weten welke vertaling van de onderzoeksvraag er schuilgaat achter de meting. Een ander probleem is dat minder meetbare zaken buiten de boot dreigen te vallen. Een onderzoeksvraag moet leiden tot een methode en niet andersom. In de ontwikkeling van een meer evidence based of evidence informed onderwijspraktijk is het belangrijk te beseffen hoe complex onderwijsonderzoek is.
Citaat uit: Berliner, D.C. (2002). Educational research: The hardest science of all. Educational Researcher, 31(8), 18-20.